Het nieuwe Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen 2021Het nieuwe Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen 2021
Back Back Nieuws

Het nieuwe Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen 2021

08 januari 2021

Op 23 november 2020 ontvingen veel verhuurbedrijven van Attractie- en Speeltoestellen in Nederland een brief van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport met hierin een aankondiging over het vervangen van het Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen. Airquee zocht uit wat dit betekent.

Wie of wat is de NVWA?

 NVWA is een afkorting voor ‘Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit’. Dit overheidsorgaan heeft als kerntaak om toezicht te houden bij bedrijven en instellingen op de naleving van wetten en voorschriften op gebied van productveiligheid, voedselveiligheid en het welzijn van dieren.   

Wat wordt er bedoeld met WAS?

De veiligheid van speeltoestellen is geregeld in het Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen (WAS). In dit besluit staat beschreven waar een producent en verhuurder aan moeten voldoen. Denk hierbij aan zaken zoals het ontwerp- en fabricageproces, de keuring voor de eerste ingebruikname, veiligheidsinstructies en andere relevante informatie ten aanzien van het bijhouden van een logboek of actueel dossier en het verrichten van onderhoudswerkzaamheden aan het toestel. Het WAS is van toepassing op onder andere speeltoestellen in de publieke ruimte, maar ook voor verhuurbedrijven en recreatie locaties zoals indoor speeltuinen en bijvoorbeeld vakantieparken. 

Wat is nu eigenlijk een AKI?

Feitelijk is het een oude naam: AKI staat voor Aangewezen Keuringsinstantie. Het WAS spreekt al langer over: ”aangewezen instelling”. Ofwel: Dit zijn bedrijven die door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zijn aangewezen om keuringen volgens het Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen uit te mogen voeren. Een overzicht met keuringsinstellingen voor speeltoestellen vind je op de website van de NVWA. 

Waarin verschilt het WAS2021 van het WAS?

In de brief van 23 november 2020 zijn aankondigingen gedaan over ‘wijzigingen’ van het Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen. Feitelijk is dit geen wijziging maar een vervanging. Dit zijn de punten uit de brief op een rijtje:

  1. Verhuurder is verantwoordelijk voor veilige plaatsing van het toestel.
    Het nieuwe WAS2021 stelt dat verhuurders verantwoordelijk worden voor het veilig plaatsen van het toestel. Klanten kunnen nog wel materialen huren op afhaalbasis: als verhuurder zorg je voor een duidelijke (mondelinge) veiligheidsinstructie bij het afhalen, geef je de klant een duidelijke instructiemap mee met opbouw-, afbouw- en gebruikersinstructies en zorg je dat benodigde materialen voor het verankeren en valdemping worden meegeleverd. Als verhuurder blijf je uiteindelijk wel aansprakelijk. 
  2. Verhuurder is verplicht om valdempend materiaal mee te leveren als de ondergrond dit noodzakelijk maakt.
    Het meeleveren van valdempend materiaal is eigenlijk geen wijziging, deze verplichting bestond al en wordt nu extra benadrukt.
  3. Verhuurder moet huurders instrueren over veilig gebruik.
    Dit is verplicht en kan bijvoorbeeld met een instructievideo. 
  4. Het is verplicht om veiligheidsinstructies en waarschuwingen te plaatsen op het speeltoestel.
    De meeste opblaasbare speeltoestellen zijn al voorzien van deze veiligheidsinstructies en waarschuwingen. Het gaat hierbij om de veiligheidspictogrammen en geschreven instructies. Deze instructies en waarschuwingen dienen altijd zichtbaar en bereikbaar te zijn.
  5. Opblaasbare speeltoestellen moeten periodiek gekeurd worden.
    Op dit moment worden speeltoestellen alleen bij de ingebruikname gekeurd door een AKI (aangewezen keuringsinstelling) en moet je er als verhuurder voor zorgen dat je een logboek of actueel dossier bijhoudt en zorg je voor het verrichten van onderhoudswerkzaamheden aan het toestel. Vanaf 1 januari 2022 komt er een registratieplicht en moet ieder speeltoestel worden voorzien van een uniek nummer en dient deze periodiek te worden gekeurd. Of deze plicht gaat gelden voor alle opblaasbare toestellen, of voor de toestellen die nieuw op de markt komen vanaf 1 juli 2021 (de invoeringsdatum van het WAS 2021) is nog niet helemaal duidelijk.
  6. Ieder ernstig ongeval dat plaatsvindt met een opblaasbaar speeltoestel moet worden gemeld bij de NVWA.
    Het melden van ernstige ongevallen met speeltoestellen bij de NVWA is ook nu al van toepassing en niet nieuw. De NVWA heeft hiervoor een formulier beschikbaar op haar website. 
  7. Op ieder opblaasbaar speeltoestel moet een uniek nummer aangebracht worden bij de eerste of eerstvolgende keuring.
    Vanaf 1 januari 2022 is het verplicht om ieder opblaasbaar speeltoestel te voorzien van een uniek nummer. Bij nieuwe toestellen die je aanschaft zal dit worden gedaan door de fabrikant. Voor bestaande speeltoestellen waarop nog geen uniek nummer is aangebracht zal dit naar verwachting worden aangebracht door de AKI bij de (periodieke) keuring. Het is goed om te begrijpen dat het hierbij niet gaat om het type- en serienummer (dat moet al jaren op toestellen staan) maar om het RAS-nummer. Het RAS is een door NVWA opgetuigd systeem (Registratie Attractie- en Speeltoestellen) waarin elk toestel een uniek nummer krijgt. Vergelijkbaar met het kenteken van een auto (en dat is ook iets anders dan het VIN-nummer, wat overigens ook al uniek is).

Goed artikel?

Schrijf je in net als 37.058 andere professionals en ontvang wekelijks de beste artikelen!

Meer lezen in deze rubriek

Events nieuwsbrief

Goed artikel?

Schrijf je in net als 37.058 andere professionals en ontvang wekelijks de beste artikelen!