Nederlands-Japanse samenwerking tijdens Paris Motor Show

Autojournalisten dachten het Nederlandse merk Savage Rivale te herkennen, maar het bleek toch echt een GLM L4, een nagelnieuwe auto uit het land van de rijzende zon. Het Japanse merk Green Lord Motors (GLM) uit Japan is een samenwerkingsverband aangegaan met Savage Rivale en heeft een soortgelijke auto ontwikkeld. Enige, maar wel kardinale verschil: een wagen zonder verbrandingsmotor, maar met een stel batterijen onder de motorkap. De eerste volledig elektrische auto. Gepresenteerd tijdens de Paris Motor Show, van 1 tot en met 16 oktober 2016.

Het merk mag dan Japans zijn, het heeft een Nederlands tintje: de presentatie van het gloednieuwe merk was volledig in Nederlandse handen: Hypsos zorgde voor het ontwerp van de cilindervormige stand; Bwefar was verantwoordelijk voor het geluid en het lichtplan, de videoregistratie, de stroomvoorziening, de internetstreaming van de stand én van de spectaculaire openingsshow, die de internationale autopers lang in de beursstand hield.

Omgaan met Japanse cultuur

Een hele prestatie, vanwege de superkorte leadtime (slechts zes weken!), nota bene in de staart van de vakantieperiode, waarin het hele ontwerp from scratch moest worden bedacht, ontwikkeld en gerealiseerd. Akim Bwefar, directeur van het technisch facilitair bedrijf uit Zwolle, blikt op verzoek terug op de spoedklus met een bedrijf uit een andere cultuur. Akim Bwefar: 'GLM is nog een erg jong bedrijf. De CEO bijvoorbeeld is pas 39 jaar. Zij moesten veel aspecten voor het eerst uitvinden. Veel ervaring met introducties van automerken hadden ze niet, en ook de Europese gewoonten en culturen waren voor hen nog redelijk nieuw. Dat leverde de unieke situatie op dat de beide Nederlandse leveranciers de Japanners af en toe suggesties in de oren fluisterden. Japanners geven hun meerderen niet ongevraagd adviezen en al helemaal niet in het openbaar. Wij Nederlanders deden dat wel, in onbewaakte ogenblikken. Zo wilde de Japanse CEO tijdens de openingsshow een toespraak van twee minuten houden om daarna via de achterdeur te verdwijnen. Dat is in Japan gebruikelijk: zo gaat alle aandacht immers naar de auto. Maar wij hebben hen geadviseerd op het podium aanwezig te blijven om vragen van journalisten te beantwoorden. Ook drongen we er op aan om tijdens de speech de journalisten in de ogen te kijken, om contact te maken. Dat waren ze niet gewend, maar na een aantal keren oefenen verliep de uitvoering perfect.'

Laveren

Het was af en toe laveren tussen de eigen ideeën en de input van de Japanse opdrachtgever. Akim Bwefar: 'De Japanners hadden voor de openingsshow zelf een voorkeur voor muziek, maar het was wel belangrijk dat die matchte met het concept voor de presentatie dat wij hadden ontwikkeld. We ontvingen de definitieve versie van de muziek pas enkele dagen voor de show, dus we hadden voor de zekerheid alvast een back up show bedacht..'.

Geen tijd voor gedetailleerde offertes

De samenwerking tussen Hypsos en Bwefar kwam tot stand via freelance projectmanager Remco Hek, die voor beide bedrijven werkt. Nadat standbouwer Hypsos de opdracht voor de stand kreeg toegewezen was de link snel gelegd voor de technische realisatie en de elektra. 'Het was een project met een korte aanlooptijd; dat betekende heel snel schakelen,' vertelt Akim Bwefar. 'Normaal gesproken gaan leveranciers wekenlang met elkaar in conclaaf om alles inhoudelijk en budgettair af te stemmen. Welke cameratechniek wordt gebruikt, hoe wordt er gestreamd, waar komt wat te staan, wel of geen show, is de presentatie van de auto binnen of buiten de stand? Alles wat je verandert, heeft meteen gevolgen voor de standbouw en de techniek. Dan moeten er nieuwe berekeningen gemaakt worden, bijvoorbeeld met betrekking totde dakbelasting. Die berekeningen en nieuwe tekeningen duren normaal gesproken dagen tot een week. Voordat je met andere leveranciers alles op één lijn hebt, gaan dan ook weken overheen. Het was bovendien in de staart van de vakantieperiode. Vanwege het tijdsverschil met Japan waren sommige mensen ook nog eens moeilijk bereikbaar. En andere projecten gingen ook gewoon door. Sterker nog,we hadden in dezelfde periode ook nog een spoedklus in Polen. De kracht van de samenwerking tussen Hypsos, projectmanager Remco Hek en Bwefar was dat we geen ellenlange discussies hielden. We zorgden dat we het snel met elkaar eens waren op hoofdlijnen. Dan moet je soms beslissingen nemen, waaraan het risico zit dat ze achteraf budgettair nadelig kunnen uitpakken. Dat risico moest dan maar, want er was geen tijd voor gedetailleerde offertes. Gelukkig verliep de wisselwerking met Hypsos geweldig.'